In maart keek het hele land naar het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis – Marieke van Bommel-Bekker
De eerste COVID-19 patiënt in Nederland, hoe hebben zij dat beleefd?
Marieke van Bommel is Manager Communicatie bij het Tilburgse ziekenhuis. Vanwege de fusie in 2016 is ze aan boord gekomen; haar expertise ligt namelijk op het gebied van verandercommunicatie, wat in deze pandemie uitstekend van pas kwam. Dichter bij de crisis dan in het ziekenhuis kun je bijna niet komen. Toch gaf de afgelopen tijd zelfs een boost aan communicatie, vertelt Marieke. Ze vertelt graag waarom het vak communicatie haar nooit verveelt en waarom ze nu niemand meer hoeft uit te leggen wat haar team toevoegt.
In haar team zitten tien collega’s met wie ze samen duiding geeft aan wat er binnen en buiten gebeurt en hoe dat het best vertaald kan worden. Dat kan een intranetberichtje zijn, maar ook een zeepkistsessie of een gesprek met de raad van bestuur. “Ik zie ons als de voelsprieten van het ziekenhuis”, vertelt ze vanuit haar kantoor in het ziekenhuis.
“Gek genoeg was de afgelopen periode voor ons heel inspirerend. In ons vakgebied moet je soms laten zien wat je toevoegt, maar door deze crisis was voor iedereen in één klap duidelijk wat communicatie toevoegt en hoe cruciaal dat is. “
Positief getest
“Ik heb het genot gehad dat negen weken lang onze communicatiemiddelen van voor tot achter helemaal werden gelezen en écht konden bijdragen aan de juiste zorgverlening. Die weken in het begin van de eerste piek waren heel bijzonder, de urgentie werd gevoeld en er was een groot saamhorigheidsgevoel. We hadden met z’n allen één focus. Bij ons was natuurlijk de eerste coronapatiënt van Nederland vastgesteld, dus iedereen keek naar ons. We hebben dit vastgelegd in een documentaire, Positief Getest, wat we ook nog nooit eerder hadden gedaan. Deze is gebaseerd op dagboeken van mij en mijn collega’s, want we waren na twee weken al kwijt wat er allemaal gebeurde op een dag, als we het niet opschreven. We hebben de feiten naast onze verhalen gelegd in deze film.”
“Iedereen was zo goed bezig met zijn of haar vakgebied, van de schoonmakers tot leden van de Raad van Bestuur, die in Den Haag probeerden aandacht te vragen voor dit onderwerp. Alleen was iedereen zo gefocust op zijn eigen deel, dat wij van communicatie de enigen waren die overzicht hadden. We wilden hen allemaal laten zien wat voor belangrijke schakel zij zijn geweest in het totaalplaatje. Maar ook voor onze naasten bijvoorbeeld, zo kon ik thuis laten zien waarom ik nog steeds naar mijn werk ging en mijn man nog steeds op zolder zat te werken.”
Extra energie
“Als je jezelf als betekenisgever of duider ziet, is ons vak heel mooi. Met de juiste mensen om mij heen, zoals een zorgmanager of specialist, kan ik zaken goed vertalen. Dat kwam nu ultiem tot zijn recht. Een crisis geeft extra energie, omdat je super gefocust bent. Ik heb vier weken lang zonder pauze of een vrije dag doorgewerkt. Het was pittig, maar ik merkte erna pas dat het veel kruim heeft gekost. We zaten altijd als laatste nog op kantoor, omdat de communicatie er dan nog uit moest. Dat is ook wel kicken, omdat je zo direct bij kan dragen aan geruststelling en duidelijkheid. Het is een unieke situatie, maar het levert ons ook veel goede, blijvende dingen op.”
“Mijn team was en is nog steeds erg betrokken. Iedereen is bang om iets te missen, dus moest ik soms mensen echt naar huis schoppen”, vertelt Marieke lachend.
“Die rust heb je zo hard nodig om opgeladen terug te komen. Ons team is heel open en hecht en tijdens de dagstart konden we ook eerlijk communiceren over hoe het ging met ons. En in de hele periode gaven we ook veel ruimte aan humor: cruciaal om het allemaal vol te kunnen houden. We hebben onze werkzaamheden en samenwerking geëvalueerd: het gaf een enorme boost om te zien wat we hadden bereikt. Op die saamhorigheid van de eerste golf kunnen we nog even teren. Het meest gave was dat er heel veel vertrouwen was onderling. Iedereen heeft dat gevoeld en heeft daar bijna een soort nostalgisch gevoel aan over gehouden. Het was hartverwarmend om te zien hoe iedereen meeleefde.”